Kruidige bleekselderij met gierst
Bleekselderij en gierst: dat zijn twee buitenbeentjes in één gerecht. Bleekselderij is eigenlijk superspul, maar in ons land niet echt een gangbare groente. Als salade is hij heerlijk fris en knapperig, zeker in combinatie met tomaat of geraspte wortel. Of met appel en blauwe kaas en wat walnoten, heel klassiek. Als groente gekookt zou hij ook prima kunnen, met bijvoorbeeld een kaas- of tomatensaus. Bij ons ligt er altijd wel wat bleekselderij in de koelkast, omdat het zo lekker is in soepen en sauzen. En het is zo makkelijk; je trekt er wat stengels vanaf en de rest wacht tot een volgende keer, het blijft best een week goed. Een goede Bolognese-saus begin je met een paar stengels bleekselderij, een ui en een wortel! Andere ideeën zijn stukjes vullen met paté of zachte kaas als borrelhapje of stukjes eten met een dipsausje; stukken kort koken en dan in plakjes kaas en/of ham rollen en even gratineren in de oven; roerbakken met andere groente erbij.
Schoonmaken en bereiden: Trek zoveel stengels los als je nodig denkt te hebben en spoel ze schoon onder de kraan. Snij een plakje van de voet en verwijder eventueel aanwezig blad, al kan dat in bouillon best mee, in een salade is het een beetje sterk van smaak. Controleer de stengel op harde nerven. Je kunt ze weghalen door aan de onder- of bovenkant van de stengel een stukje (bijna) af te snijden en de nerf weg te trekken langs de stengel, schillen met een dunschiller is een andere optie. Als de bleekselderij onverhoopt toch een beetje slap is geworden: in een bak ijskoud water trekt het vaak weer bij. En slappe bleekselderij doet het ook uitstekend in soep!
Gierst is ook een wat ondergewaardeerd product. En dat is jammer, want het is ook heel goed spul! Glutenvrij en vol goede bouwstoffen, een rijke bron van silicium, voor vormkracht in onze cellen. Bovendien is het goed te combineren. In de zomer eten we het graag salade-achtig, met tomaatjes, olijven en komkommer, een variant op de tabouleh, zeg maar. Daarvoor is het nu nog een beetje te vroeg, dus nu een warme, kruidige variant met bleekselderij. Wij aten er gestoofde vis met tomaatjes bij en dat was een uitstekende combinatie!
Ingrediënten
- 200 g gierst
- 2 fijngehakte uien
- 1 struik bleekselderij
- 5 el olie
- 1 tl kerriepoeder
- 2 tl korianderpoeder
- 1 tl gemberpoeder
- 1 tl garam masala
- 1 tl kaneel
- 100 g grof gehakte gemengde noten
- snuf zout
- 1½ dl water
- geraspte sinaasappelschil
Bereiding
Kook de gierst gaar. Dat is wel een kunstje dat je misschien moet oefenen! De belangrijkste regel is echter simpel: roer er niet in tijdens het koken! Dan wordt het pap, wat ook prima smaakt, maar nu wil je iets anders: mooie rulle korrels. En bedenk: oefening baart kunst, dus probeer het nog een keer, met wat korter koken of wat minder water, als het een eerst keer niet lukt. Beter een klein beetje aangezet op de bodem dan een pan vol pap.
Ik doe het zo: Rooster de gierst een paar minuten in een pan met een dikke bodem op een middelhoog vuur. Roer voortdurend, tot de gierst wat nootachtig gaat geuren. Spoel de gierst dan af onder de kraan, in een fijne zeef. Heb je meer haast, laat dan gerust het roosteren achterwege en spoel simpelweg de gierst even in de zeef en zet meteen met water op het vuur. Doe na het wassen in de pan en schenk er 500 ml (2½ x volume van gierst) water bij en doe er een snuf zout bij. Breng aan de kook en draai het pitje dan helemaal laag (en gebruik eventueel een sudderplaatje). Laat het 17 à 20 min. sudderen; in deze tijd moet al het water opgenomen zijn. Check na 15 min. of de gierst niet aanzet, voeg anders nog een scheutje water toe, roer beter niet. Zet het vuur na 20 min. uit en laat de gierst nog 5-10 min. nagaren met het deksel op de pan. Daarna kun je, als het goed is, de gierst rul roeren met een vork.
De bleekselderij is eenvoudig: Pel en snipper de ui. Was de bleekselderij en snijd in boogjes. Houdt eventueel een klein beetje bladgroen apart om te garneren. Verhit de olie en fruit de ui glazig. Voeg de specerijen en de bleekselderij toe en laat alles al roerende even doorbakken. Voeg dan water, zout en de geraspte sinaasappelschil toe. De sinaasappelschil heeft een sterke smaak, dus kiep niet meteen alles er in, maar proef wat je lekker vindt! Misschien wil je er ook nog wat meer kerrie in, of zelfs een snufje cayennepeper. Als het vocht bijna helemaal verdampt is, de gierst en de gehakte noten er door roeren en nog even laten meebakken. Eventueel kun je de noten eerst nog even roosteren in een droge koekenpan.
ANDERE RECEPTEN DEZE WEEK
- 1
- 2
- 3
- …
- 377
- Volgende »