Verwarm de oven voor op 200°C. Pel de ui en knoflook, snipper de ui fijn. Verhit de olie in een ruime koekenpan en fruit hierin de ui glazig, pers dan de knoflook erbij en voeg de tijm toe. Rasp de Parmezaanse kaas fijn. Ris het groen van de palmkoolnerven en was het goed. Blancheer het groen dan 2 min. in kokend water, giet af en laat een beetje afkoelen, druk het vocht er uit. Snijd dan de palmkool heel fijn. Meng de ricotta met de palmkool, uien, knoflook en de helft van de Parmezaanse kaas. Breng op smaak met p&z. Maak een bechamelsaus: smelt de boter in een pan met dikke bodem. Voeg de bloem toe en roer totdat een roux ontstaat. Bak zo’n 2 min. tot de roux loslaat van de pan en de bloem gaar is. Voeg beetje bij beetje de melk toe en roer goed met een garde tot een gladde saus. Laat nog 5 min. op laag vuur sudderen, al roerend, tot een mooie gebonden saus is ontstaan. Breng op smaak met nootmuskaat, zout en peper. Bedek de bodem van een ovenschaal met een kwart van de saus. Leg hier lasagnevellen op. Daarop komt een laagje palmkoolmengsel en een kleine schep bechamel, dan nog 2 x zo’n laag. Dek af met lasagnevellen en dan de rest van de bechamelsaus. Bestrooi met de rest van de kaas en bak 40 min. in de oven tot de lasagnevellen gaar zijn en de bovenkant goudbruin. Laat iets afkoelen voor je serveert. Lekker met een frisse salade.