De bietjes kook je van te voren: gewoon opzetten met water, de schil haal je er na het koken af. Afhankelijk van de grootte kook je ze 30 min tot een uur: als je er makkelijk met een vork in kan prikken zijn ze gaar. Pel het uitje en snipper zo fijn als je kunt. Haal de schil van de bieten en rasp ze grof.  Meng de geraspte bietjes met de ui en maak op smaak met p&z, 1 el citroensap en 1 el goede olijfolie. Maak ze eventueel iets geler met een snufje kurkuma. Was de andijvie en dep droog en snijd in grove stukken. Snijd het klokhuis uit de appel en snijd in dunne plakjes, besprenkel met een beetje citroensap, zodat ze niet bruin kleuren. Leg op elk bordje een beetje geraspte biet. Het is mooi om dat in een zgn. kookring te doen, maar wees inventief als je die niet hebt: bv. op de bodem van een schaaltje, goed aandrukken en dan omkeren op het bord. Maak het bord mooi op met een beetje andijvie, mooi geschikte appelplakjes, verbrokkelde kaas een sprenkeltje olijfolie en op elke portie bietjes een lepel dukkah en een toefje tuinkers. Een mooi voorafje of brunch gerechtje! Voor wat meer vulling kan je dit ook serveren op het boekweitpannenkoekje.

Dukkah kan je kant en klaar kopen, maar ook zelf maken! Dat gaat als volgt:

Verwarm de oven op 130°C  en leg de noten op een bakplaatje en rooster ze 10 min. Doe dan de zonnebloem- en pompoenpitten erbij en rooster nog 5 min. laat daarna afkoelen. Verwarm een goede koekenpan en rooster de komijn-, koriander, venkel- en sesamzaadjes tot ze gaan geuren en een beetje kleuren. Stamp ze grondig fijn met een vijzel. Doe dan de noten, zaadjes, paprikapoeder en zout in een keukenmachine en maal het tot een grof gruis. Gebruik het liefst binnen twee weken, bewaar in een luchtdichte pot op een koele plek.