Begin met de prei: Snijd het grootste gedeelte van het groen van de prei. Snijd de witte stelen in de lengte doormidden (houd de wortelvoet intact) en was ze zorgvuldig. Was ook het groen en snijd in dunne reepjes. Verwarm een scheut olie in een grote koekenpan en schik daarin voorzicht de preiwitten. Bak even aan en keer voorzichtig, zodat alles een beetje olie krijgt. Los een bouillonblokje op in 4 dl heet water en doe er een stuk of 10 verveineblaadjes bij en 1 el wijnazijn. Giet dit bij de prei en laat op laag vuur, met een deksel op de pan, langzaam gaar worden, prik af en toe. Dan de saus: smoor het prei groen in een lepel olie tot het een beetje slinkt en giet er dan een glas witte wijn bij. Laat de alcohol verdampen en pureer dan de prei, met een flinke scheut olijfolie, een beetje citroenrasp en -sap, een handvol verveineblaadjes en wat p&z tot een dikke, groene saus. Roer hem voor het mooie door een zeef om de vezeltjes er uit te halen. Dan de bonenpuree: pel de teentjes knoflook, spoel de bonen af in een vergiet en laat uitlekken. Verwarm de olijfolie op laag vuur samen met de knoflook uit de pers, ris de blaadjes van de tijm en voeg toe, samen met rasp en sap van een halve citroen. Voeg de bonen toe en laat ze warm worden. Pureer met een paseerzeef of in de blender tot een zachte puree, maak op smaak met p&z en eventueel nog wat citroensap. Schep op elk bord een beetje bonenpuree en verdeel daar de preiwitten over. Sprenkel er wat van de groene preisaus over. Wij aten er nog vis en zacht gebakken, gekarameliseerde uien bij, erg lekker!