Het handigst is om de knolselderij eerst in drie dikke plakken te snijden en die vervolgens te schillen. Daarna snijd je elke plak weer in drieën en verwerk je ze tot reepjes. Zet de reepjes zolang in water met een kneep citroensap, tegen het verkleuren.
Zet vast een pan water met wat zout op, om straks de knolselderij in te koken. Veeg de paddenstoelen schoon en scheur ze in reepjes. Pel de knoflook en snijd in heel dunne plakjes. Was de tomaatjes en peterselie. Halveer de tomaatjes, hak de peterselie fijn. Hak het pepertje, of de helft fijn, voor minder pit verwijder je eerst de zaadjes.
Nu gaat het bereiden snel! Verwarm een enorme scheut olie in een koekenpan en bak op hoog vuur de oesterzwammen tot ze wat slinken. Giet de knolselderij af in een vergiet en kook de sliertjes in ruim kokend water, een paar minuten is voldoende, afhankelijk van je smaak en de dikte van je sliertjes natuurlijk. Voeg de rode peper en knoflook toe aan de koekenpan en bak op laag vuur tot de knoflook wat zachter wordt, een paar minuten. Voeg tomaatjes, peterselie en kappertjes toe. Giet de knolselderij af in een vergiet en meng met de tomaatjes etc. in de koekenpan.  Misschien heeft het nog wat olijfolie nodig. Strooi er op het bord nog wat peper uit de molen over.
Natuurlijk kun je dit gerecht ook maken met champignons of shiitakes, of ze gewoon weglaten.