Haal de buitenste bladeren van de groene kool en verwijder de harde nerven. Snijd deze bladeren in kleine stukje en was ze goed, misschien met een schep zout in het waswater. De rest van de kool in heel schoon: halveer hem, snijd de kern eruit en snijd in mooie stukjes. Breng een liter water aan de kook met het bouillonblokje en de laurierblaadjes. Doe eerst de buitenste bladeren er in en als die koken ook de rest van de kool. Kook zo’n 5 min. met een deksel op de pan. Pel de ui en 1 teen knoflook en snipper beide. Smelt een lepel boter met een lepel olijfolie in een pan met een dikke bodem en fruit de ui en knoflook glazig. Intussen is de kool waarschijnlijk zacht genoeg, proef even. Hij gaart straks ook nog mee in de risotto, dus helemaal gaar hoeft hij niet te zijn, een beetje bite is wel lekker. Giet de kool af, vang het kookvocht op en houd dit warm. Voeg de rijst toe aan de uien en roer alles om. Voeg een paar takjes tijm toe. Nu gaat er steeds een soeplepel vocht bij de rijst en moet je roeren. De laurierblaadjes ui de kool mogen ook mee. Een luie methode is om hatsikidee 600 ml vocht op de rijst te gieten en met een deksel op de pan 15 min. zacht te laten koken en niet te roeren, maar de risotto wordt dan niet zo romig. Intussen veeg je de paddenstoelen schoon. Snijd ze in plakjes, oesterzwammen kun je met je handen in reepjes scheuren. Verwarm een lepel olijfolie in een koekenpan, doe de rozemarijn erbij en bak de paddenstoelen tot ze wat slinken en kleuren. Pers het tweede teentje knoflook erbij en geef wat p&z. Rasp intussen de kaas grof. Roer na 15 min. de risotto door en roer de kool erdoor. Misschien ook nog wat vocht? Maak op smaak met nootmuskaat, p&z en een lepel boter. Roer de kaas erdoor en laat 5 min. staan. Serveer met de paddenstoelen en eventueel nog wat extra peper en kaas.