De wind die niets brengt en niets neemt

01 april 2025
De zon is momenteel aangenaam, de wind is dat niet bepaald. Een wat koude, droge wind gaat over de velden. Elk weer heeft zijn voor voordeel. Deze wind droogt de losgetrokken onkruiden bijvoorbeeld goed uit, maar gevoelsmatig soms jezelf ook. Als je niet uitkijkt, krijg je kloven waar een halve Weleda-tube in kan worden leeggeknepen.
Over deze noordenwind in het voorjaar doet een oud gezegde de ronde, vooral bij wat oudere agrariërs. ‘Noordenwind neemt niets, maar het brengt ook niets’. Met andere woorden, je planten gaan er niet dood van, maar groeien ho maar. Na een tijdje in de noordenwind te werken, merk je toch wel dat dat licht gure je wat kan tegenstaan. En dan komt ook nog die boer aangelopen met altijd en eeuwig datzelfde gezegde over de noordenwind. Nee, laat de wind maar weer snel draaien!
Schorseneren
Dit is zo’n moment in het voorjaar dat de winter en de zomer elkaar gaan afwisselen. Velen denken dat als er een week zon is geweest, dat het land daarna gelijk vol met broccoli zal staan, maar zo is het niet, dat is fake-groentenieuws! Wat je nu kan oogsten, komt uit de kas. Veel blaadjes, radijsjes en lichte kost. De wat stevigere groenten laten nog even op zich wachten. Op zich hebben we anno 2025 over het aanbod niets te klagen; de tijd van gerimpelde bietjes tot in juni ligt lang achter ons. Er zijn echter nog wel wat bewaargroenten nodig om een brug te slaan naar het nieuwe seizoen. Zo komen we ook sinds lange tijd weer eens bij schorseneren uit! Een groente met veel bijnamen, zoals het wat ouderwets aandoende ‘keukenmeidenverdriet’. Dat waren nog eens tijden, met een dienstmeid die dan voor 12 kinderen, zonder dunschiller, laat staan lauw water uit de kraan om die dunschiller die je dus niet hebt tussentijds af te spoelen en ook nog een dikke kleinlaag op de lange zwarte wortels, want van voorgespoelde wortels had niemand ooit gehoord! ‘Keukenmeid, the movie’, het lijkt een kwestie van tijd! Die jaren liggen achter ons en laten we wel wezen: schorseneren schillen is met een beetje handigheid zo gedaan met een scherpe dunschiller. Het spul geeft wat plakkend sap, maar hou je handen en gereedschap vochtig, dan ben je imuun voor de plak. Dus samengevat, ‘dunschillervreugd’ lijkt me een passender naam voor ons tijdsgewricht. Lange halen, blank wortelvlees dat zich prachtig openbaart onder de zwarte huid, je hoeft geen groot schrijver te zijn om hier een A4tje op vol te tikken.
Dan heb je nog de bijnaam ‘asperges van de armen’. Ook daar moet je een beetje mee oppassen. Asperges kun je in het seizoen nog best tegen een redelijke prijs ergens eten, maar schorseneren? Ga als vooronderzoek een rondje bellen om te vragen of het mogelijk is om deze zwarte wortels met de blanke binnenkant te komen verorberen. De kans is groot dat je in een restaurant van het kaliber ‘Au grand caviar’ terecht komt en dan weet je, dat kan wel eens prijzig gaan worden. Vooral ook als je de bijpassende wijn erbij neemt, geadviseerd door de sommelier, die met geaffecteerde stem een mooie Grenache met body aanbeveelt. Je hebt dan een reële kans dat je na de rekening de naam ‘asperges van de armen’ heel anders interpreteert. Ja inderdaad straatarm, ná het eten van deze zogenaamde asperges voor de toekomstig armen. Als het je eerste schorseneren zijn, vervang dan je koudwatervrees door een bakje lauw water en fix die schorserneertjes!