En toen kwam er ook nog een hittegolf

08 juli 2025
Juli ziet er op de tuinderij compleet anders uit dan bijvoorbeeld mei. Dat is het mooie van werken met de natuur en de seizoenen: het is elke maand weer een heel andere beleving. Het voorjaar is tot en met juni echt hard werken. Planten, veel grote oogsten, veel primeurs. Na deze woeste start, komt er op een gegeven moment een soort routine-fase, met plantwerk, onkruidcampagnes en oogstwerk met stevig tempo. De uitdaging zit vaak in deze periode in het weer. De zomers kunnen alle kanten op. Droog, nat, winderig, koel, heet, er zit op een bepaalde manier bijna altijd wel iets instabiels in. Warme dagen eindigen met onweer en de dag erna ben je weer 20 graden lichter.
De hitte van de afgelopen week was vooraf al aangekondigd als de volgende hindernis. In deze fase van het jaar gaat de vermoeidheid vaak een rol spelen. De verende tred is nog niet verworden tot een moeizaam slepen, alsof je naar het schavot gebracht gaat worden, maar het echt frisse is er toch wel een beetje vanaf. Hetzelfde zie je ook bij heel wat collega’s om ons heen. En misschien is het wel herkenbaar, zeker ook als je schoolgaande kinderen hebt. Kinderen, zeker kleine, gaan natuurlijk zelden vóórop in de strijd en ook daar is ook wel enige sleet merkbaar. Dus die hittegolf van de afgelopen week, die kwam toch wel een beetje aan. Allereerst gewoon door de temperaturen, je hebt hittegolven en hittegolven, maar diverse bezorgers zagen buitentemperaturen van 40 graden of meer op het dashboard verschijnen. Leve de stad, weinig bomen en veel beton en asfalt. Enige stedenbouwkundige bezinning is op zijn plaats. Een enkele collega mocht na de route meteen de koelcel in voor een klein afweegwerkje en een koele retraite. Daarna ging het wel weer.
Ontberingen dus, beste Kievitklant en dat allemaal weer om je goede groenten op de juiste plek van bestemming te krijgen! Van een oude aspergeboer heb ik wel een goede tip gekregen voor de tijden van onheil of ontbering. ‘Gewoon een tandje lager’ draaien. Dat is een stuk duurzamer dan echt het bijltje erbij neer leggen (rotgevoel, klanten in de steek gelaten, collega’s overwerkt, etc.). Dat was tijdens het aspergesteken, ik was nog jong en onervaren: zwaar werk, rugpijn “Kan ik niet beter stoppen?” “Nee hoor, gewoon een tandje lager!” Dus als je denkt, arme ik, mogelijk het meest beklagenswaardige wezen op aarde, zal ik niet afnokken voordat ik kermend ter aarde stort? Driewerf neen! Blijf vooral deelnemen aan de samenleving, desnoods even een uurtje in de koelcel als dat helpt en vervolg je pad met een kleine vertraging, zodat de verende tred snel terugkeert. Echt, die komt terug.
Na al het geren in het voorjaar, de lange dagen, de grote oogsten, de Navo-top, de hittegolf en redelijk wat andere ontberingen, begin ik wel langzaam te denken aan ‘bering’. Dat is , als het goed is, het tegengestelde van ontbering. Net als dat je een onguur gezelschap graag inruilt voor gure mensen. Dus een fijne bering met gure mensen, ik leef in verlangen er langzaam naar toe. Nog heel eventjes buffelen, de tuin verzorgen, het najaarsprogramma voorbereiden en dan ondertussen denken aan een korte periode van onthaasten en fijne dingetjes, we groeien er de komende weken naartoe.
Overigens vinden de meeste groenten die hittegolven ook niet zo leuk. Vorige week haalde ik de venkel al aan, die in de zomer in Italië, daar eigenlijk niet te telen is vanwege een te grote hitte. Maar met 35 graden of meer, zijn we tot een soort zuidelijk laars verworden. Dus in andere zomers kunnen we hem beslist mooier oogsten. Als het vaker gaat gebeuren, en daar heeft het enige schijn van, dan moet je toch serieus gaan nadenken over nog fijnmaziger beregening, waar de groenten regelmatig overdag worden gekoeld. Tropenroosters, waar je om 5 uur in de ochtend begint en een flinke uitbreiding van de zogenaamde warme koelcellen, waar je regelmatig even een uurtje kan afwegen om te voorkomen dat je half gegaard thuiskomt.