Op het land
15 januari 2020
Zijn we officieel van start gegaan! Het is voor de tijd van het jaar tamelijk warm en daar kunnen we als buitenlui volop van profiteren. Op zonnige dagen trekken we naar buiten voor het verspreiden van de compost met kruiwagens. Daarna verspreiden we het met harken en daarna maken we de grond los met de grelinettes. De volgende stap is planten en zaaien, maar daar is het voor veel gewassen nog tamelijk vroeg voor. In het begin van het seizoen win je met weken eerder planten vaak maar een korte periode van eerder oogsten. Het risico op misoogst is dan ook een stuk groter. En een misoogst is niet gratis, omdat het toch vanzelf groeit. Er zitten dan al veel kosten van arbeid en zaad of plantgoed in. Daarom moet je goed opletten wat je doet, want alles kost geld tegenwoordig. Je betaalt zelfs administratiekosten op een bekeuring, ook die is niet meer gratis zoals in die goeie ouwe tijd.
Compost
De compost die wij gebruiken wordt gemaakt van gecomposteerd maaisel uit natuurgebieden. Dat is prachtig spul. Niet alleen bevat het de voedingsstoffen voor onze planten, het is ook een soort schimmel- en bacteriepreparaat. We zijn nu voor het derde jaar aan het verspreiden en we zien al groot verschil. Naast voeding voor groenten is het ook nog eens een circulaire meststof. Het wordt uit natuurgebieden onttrokken en voor onze groenteteelt aangewend. De natuurgebieden kunnen hun eutrofiering verminderen (oftewel de verruiging door onder andere stikstof), wij telen er groenten op.Voorheen werd er in de biologische tuinbouw vooral met dierlijke gecomposteerde mest gewerkt, maar dat is vanwege de stikstof- en fosfaatregels steeds moeilijker geworden. Voor de wet was er geen onderscheid tussen een gangbare veehouder die drijfmest verspreid uit de intensieve veehouderij of een tuinder die gebruik maakt van compost uit een mooie potstal, waarin koeien op tamelijk natuurlijke wijze kunnen overwinteren op een bedje van stro. Die laatst genoemde methode levert erg mooie compost op, die veel vruchtbaarheid brengt en weinig last betekent voor het milieu. Helaas is er nauwelijks onderscheid in de regelgeving.Veel boeren emigreren en met name vanwege de regels met betrekking tot fosfaat en stikstof. Aan de ene kant is het logisch dat er beter wordt gekeken naar de instandhouding van onze natuur, aan de andere kant worden boeren ook van het kastje naar de muur gestuurd en hebben we wel boeren nodig in Nederland. Gelukkig is er wel toekomst voor meer circulaire landbouw.
De poes helpt ook
We zijn dus lekker bezig. Medewerkers, stagiairs en vrijwilligers helpen mee om de tuin op gang te brengen voor het nieuwe seizoen. Maar dat is niet de enige hulp, want de buurtpoes helpt ook! Een witte kat met wat grijze vlekjes is de schrik van elke muis op ons land. Poes doet een koolhydraat- arm dieet van louter muizen en dat kan op een tuinderij geen kwaad. Het zou mooi zijn als poes ook nog eens een dikke doffer zou lusten, want die eet onze plantjes, maar ook nu zijn we al erg tevreden. Overigens leent zijn witte vacht zich uitstekend voor een mooi Kievit-logo. Helaas lopen we bij uitvoering van het project kat-bestickering tegen een aantal praktische en ook ethische bezwaren.Sommige biologen met meer ambitie voor een compleet ecosysteem stellen dat ook poes misschien nog natuurlijke vijanden zou moeten hebben. Wij zijn iets minder enthousiast over deze verkenningen. Inderdaad, met de zachte winters wordt de introductie van de kaaiman een optie. En dicht bij de kust zou zelfs de zoutwaterkrokodil zijn intrede kunnen doen. Maar beide top-predatoren vangen bijvoorbeeld weer weinig duiven en zouden bovendien wel makkelijk een collega kunnen verorberen.