Verwarm de oven voor op 200 °C. Ris de boerenkool van de stelen (als dat niet al voor je gedaan is), was het grondig en hak in grove stukken. Een nacht in de vriezer kan ook, daarna breekt het heel makkelijk. Pel ui en knoflook en snipper de ui fijn, leg knoflookpers vast klaar. Breek 2 bleekselderijstengels af, was die ook en snijd in dunne boogjes.
Verhit in een pan 2 el olie en fruit hierin ui glazig. Voeg knoflook, bleekselderij en tijm of Italiaanse kruiden toe, roer de passata erdoor en als je wilt ook een beetje suiker. Laat sudderen op een laag vuur met een deksel op de pan. (Als je een variant met vlees wilt maken: volg het recept van Bolognese saus hier, maak het beter een dag van tevoren.) In een andere pan stoom of kook je ondertussen de boerenkool in 10 min. met een laagje water gaar. Laat zonodig uitlekken in een vergiet.
Nu de bechamelsaus: laat de boter zachtjes smelten in een pan met dikke bodem. Voeg de bloem toe, roer goed en laat even pruttelen, maar pas op dat het niet bruin kleurt. Scheutje melk erbij en flink roeren, zodat er geen klontjes ontstaan, melk toevoegen tot de saus de juiste dikte heeft. Op smaak maken met nootmuskaat en p&z. Even laten pruttelen en dan vuur uitdraaien, ook van de tomatensaus. Rasp de kaas. Bedek de bodem van een ovenschaal met een dun laagje tomatensaus. Dek af met lasagnevellen. Daar overheen weer een laagje tomatensaus en dan een flinke laag boerenkool. Strooi een kwart van de kaas erover. Opnieuw een laag lasagnevellen, tomatensaus en boerenkool en kaas. Als je nog lasagnevellen over hebt, kun je die er nog bovenop leggen.  Druk het geheel een beetje aan en bedek de vellen goed met een laag  béchamelsaus en bestrooi het geheel met de rest van de kaas. Zet de schaal in de oven en bak in 30-40 min. gaar.
Extra lekker met een groene salade er bij, maar geen must: er zit al flink wat groen in de lasagne!